Tilburg presenteert Cultuurplan 2025-2028: focus op diversiteit en ruimte voor makers

Bron: Gemeente Tilburg.

Hoewel het nieuwe jaar nog maar net is aangebroken, liggen de cultuurplannen voor volgend jaar alweer op tafel. Als vervolg op cultuurplan 2021-2024 ‘Cultuur raakt ons’, verscheen het nieuwe beleid voor 2025-2028: Cultuur maakt ons. De plannen staan in het teken van vier waarden: sociaal, inclusief, vitaal en duurzaam, die weer zijn vertaald naar drie hoofddoelen.

Op basis van onderzoek en de stadsgesprekken, blijkt dat de meeste Tilburgers tevreden zijn over het kunst- en cultuuraanbod. Verder kunnen we positief spreken over de economische impact van de sector: festivals als Kaapstad en Roadburn trokken veel toerisme naar de stad. Ook is er een groei van bedrijven in de creatieve industrie. Hiernaast is er meer ruimte gekomen voor makers en hun talentontwikkeling en experimenteerdrang, bijvoorbeeld door middel van muziekstudio Het Concreet. Verder is cultuur vaker ingezet voor maatschappelijke opgaven, zoals eenzaamheid onder ouderen.

Verbeterpunten zijn er vooral met betrekking tot de zzp’ers: zij die aan de slag gaan voor kleinere organisaties worden nog te weinig betaald en verrichten vaak onbetaald overwerk. Ook blijkt het nog een uitdaging om Tilburgs talent na hun afstuderen in de stad te houden. Daarnaast lukt het nog niet om aan de vraag naar ateliers en werkplekken te voldoen en is er volgens sommigen nog terrein te winnen op het gebied van diversiteit.

Cultuur voor álle Tilburgers

Vanwege de positieve effecten op de ontwikkeling en (mentale) gezondheid, wil de gemeente dat iedereen de kans krijgt om mee te doen aan wat Tilburg te bieden heeft. Vanaf jongs af aan moet participatie aangemoedigd worden: de gemeente wil dat iedere basisschoolleerling ten minste één keer per jaar naar een theatervoorstelling gaat, dat er geïnvesteerd blijft worden in cultuuronderwijs op scholen en dat er verschillende kennismakingsactiviteiten gaan plaatsvinden.

Ook houdt dit in dat cultuur ‘dichter bij de mensen’ moet komen: initiatieven moeten plaatsvinden in alle wijken, niet alleen in het centrum. Dit gaat gepaard met een verspreid netwerk van cultuurcoaches. CiST en Factorium zullen fuseren tot één instelling voor cultuuronderwijs, waar meer verschillende disciplines in het aanbod worden opgenomen, zoals design en creatief schrijven. ‘Cultuur voor iedereen’ houdt ook in dat de gemeente verschillende culturele organisaties zal vragen te kijken naar de diversiteit van hun personeel en programmering. Ten slotte wordt er verder geïnvesteerd in ‘Arts for Health’: een organisatie die zich bezighoudt met creatieve projecten voor de zorg.

Het versterken van het ecosysteem

Met het ‘ecosysteem’ bedoelt de gemeente het web van makers, organisaties, instellingen, hun personeel en het publiek. Deze versterking bestaat uit de nieuwe Meerjarige Subsidies van twee of vier jaar, die beoordeeld zullen gaan worden door een aparte commissie. Daarnaast zal het maximale aan te vragen bedrag bij het Makersfonds omhoog gaan, en moet het makkelijker worden voor nieuwkomers om in aanmerking te komen voor financiële ondersteuning.

Tijdens corona hebben veel ‘mogelijkmakers’, zoals de technici, podiumbouwers en marketingmedewerkers, de cultuursector verlaten. De gemeente wil daarom dat er een nauwere samenwerking komt met de Mbo-opleidingen. Verder liggen er plannen op tafel voor een nieuwe jaarlijkse cultuurprijs en de functie van een ‘culture verbinder’. Deze zal sessies gaan organiseren waar organisaties en professionals onderling in contact kunnen komen en hun kennis met elkaar kunnen delen. De gemeente zal zich met name gaan focussen op de verbouwing van het Mommerskwartier, het thuis van het TextielMuseum en het TextielLab, die door hun groeiende bekendheid behoefte hebben aan een professionelere uitstraling. Hiernaast moet er meer aandacht komen voor de oude verhalen van onze stad: een ambitie waar het stadsmuseum perfect bij aansluit.

Foto: de eerste verkenning van de verbouwing van het TextielMuseum door Mecanoo Architecten in juni 2022, bron: TextielMuseum

Ruimte voor makers

Het totale aantal ateliers in stad moet van 200 naar 250. Er zal onderzoek worden gedaan naar een Ateliersfonds, waar kunstenaars geld kunnen aanvragen voor een werkruimte. Vooral voor podiumkunstenaars speelt het tekort hieraan aan een grote rol in hun vertrek. Daarnaast zou de gemeente graag in meerdere wijken regelloze ruimtes zien, denk hierbij aan plekken zoals Studio Noord.

Naast fysieke ruimtes, bedoelt de gemeente met ‘ruimte’ ook het gebruiken van cultuur voor de ontwikkeling van de stad. Openbare ruimtes kunnen aantrekkelijker gemaakt worden door middel van kunst. Er moet ook meer aandacht komen voor kunst en cultuur bij andere vraagstukken, zoals in de zorg. Verder zal maatschappelijke betekenis een aanvullende eis worden in het beoordelen van verschillende subsidieaanvragen. Tot slot zal Ateliers Tilburg moeten doorgroeien tot een landelijk kennispunt voor vragen van kunstenaars.

Financiën

Jaarlijks zal er in 2025-2028 ongeveer 32,8 miljoen euro vrijgemaakt worden voor kunst en cultuur. Dit is 7,8 miljoen meer dan 2021-2024, omdat de sector nog niet volledig hersteld is van de coronacrisis, en daarnaast ook last heeft van de energiecrisis, inflatie en een personeelstekort. Hiervan zal 1,5

miljoen voor subsidies zijn, en ongeveer 27 miljoen voor de grote instellingen, waarvan verreweg het meeste geld zal worden besteed aan de bibliotheek, gevolgd door Theaters Tilburg en het Textielmuseum. Er zal 240.000 euro worden uitgetrokken om de onderbetaling van zzp’ers op te vangen.

Evy van Hoof