10 jaar geleden besefte Yvonne zich dat er in de Reeshof eigenlijk nergens een gebied was voor volkstuintjes. Vanaf dat moment begon ze met het inzamelen van handtekeningen. Samen met de overkoepelende organisatie OVAT ging ze aan de slag om het initiatief te realiseren. Dat duurde wat langer dan verwacht. Na veel vertragingen door onder andere de coronacrisis, is het volkstuintjesterrein nu eindelijk geopend.
Binnen een mum van tijd waren alle tuintjes op het terrein vergeven. Jos Geerts heeft een van deze tuintjes: “In september ga ik met pensioen en ik dacht, een volkstuin is dan het perfecte tijdverdrijf.” Anders dan Jos is Henri van Loon al gepensioneerd en wist ook hij een tuintje te bemachtigen. “Ik zag het voorbij komen in de krant en ik dacht: ‘dit vind ik hartstikke leuk.’ Vroeger had ik ook een moestuin, maar dat was qua tijd niet meer haalbaar. Nu ben gepensioneerd en heb ik alle tijd. Daarnaast is het ook nog eens dicht bij huis”, vertelt hij.
Moestuintjes van de supermarkt helpen mee
Veel mensen, en vooral jongeren, vinden volkstuintjes maar ouderwets. Volgens Yvonne is dat helemaal niet nodig. Er zijn namelijk ook veel jongeren en volwassenen die zich hebben opgegeven. “Vroeger was het vaak zo dat de mensen die een moestuintje hadden boven de zestig of zeventig jaar waren. Nu is dat helemaal niet meer zo. Je kent vast wel: de moestuintjes van de supermarkt, dat was een grote rage. Daarna heb ik namelijk ook veel aanvragen gekregen van jongere mensen”, zegt Yvonne.
Op het moment is het nog erg kaal in de tuintjes, maar mensen zijn volop in de weer om hun tuintje zo snel mogelijk vol te krijgen met bloemen, groentes en kruiden.