Brabantse stroom aan hulpgoederen voor Oekraïne droogt langzaam op

Rick van Eyndhoven.

Met bomvolle vrachtwagens en bussen reden Brabanders aan het begin van de oorlog in Oekraïne naar de grens. Maar inmiddels is die gigantische stroom aan hulpgoederen zo goed als opgedroogd. Terwijl de nood groot is: medische goederen zijn enorm gewild, zeggen drie inzamelaars.

De loods in Tilburg oogt leeg, meldt Omroep Brabant. Te leeg, als het aan hulpverlener Rick van Eyndhoven ligt. Kort na de Russische inval in Oekraïne was de hal tot de nok toe gevuld met hulpgoederen. “De mensen zijn heel vrijgevig geweest. Maar nu blijft het wat achter.”

Dat terwijl de nood nu volgens hem misschien nog wel groter is dan in de eerste weken. “De oorlog gaat nog wel even duren. Als wij niet zorgen dat er genoeg voedsel, medicijnen en medische apparatuur die kant op gaan, dan sterven er meer mensen dan alleen door wapens..”

“In het begin reden we met busjes vol knuffels af en aan.”

De spullen die hij noemt, zijn verre van willekeurig gekozen. Dat weet ook hulpverlener Sebas Oomis. “In het begin reden we met busjes vol knuffels af en aan.” Hoewel die pluchen beestjes op dat moment meer dan welkom waren voor de tienduizenden kinderen, staan nu andere dingen bovenaan het prioriteitenlijstje.

“Het gaat nu echt om medische hulpmiddelen”, vertelt Sebas. De afgelopen dagen heeft hij uit verschillende hoeken een voorraad bij elkaar weten te schrapen. “Insuline, een stuk of veertig insulinepennen en nog meer materiaal voor mensen met diabetes. Daar hebben ze nu echt tekort aan.”

Babs Chylinska is vrijwilliger bij Stichting Schenk een glimlach. De stichting heeft acht inzamelpunten. Op al die punten ziet zij het aanbod van hulpgoederen afnemen. “In het begin kregen we zoveel spullen dat we wel twaalf busjes konden vullen. Nu krijgen we net een bus vol als we richting Oekraïne gaan. Ik krijg veel vragen vanuit Polen en Oekraïne. Bijvoorbeeld of ik voedsel, luiers of medicijnen kan regelen Maar we hebben het gewoon niet meer. Het voelt vreselijk om dat te moeten zeggen.”

“Het voelt goed om zo een bijdrage te leveren.”

Toch heeft Sebas goed nieuws. “Ik mag bij een ziekenhuis allerlei verouderde, maar nog werkzame apparatuur ophalen. Denk aan echoapparaten, defibrillators, een wondcompressiemachine. Het is fantastisch.”

En dus vertrekt Sebas dinsdag opnieuw met een goed gevoel en een net zo goed gevulde bus naar de Oekraïense grens. “Het voelt goed om zo een bijdrage te leveren.”

Sebas Oomis.

Omroep Brabant