Hoewel Jelle nu furore maakt bij de BKFC was dat vroeger anders. “Ik werd enorm gepest en door meerdere mensen tegelijk in elkaar geslagen. Daar heb ik echt PTSS van. Ik had nachtmerries waar ik allemaal schoenen op me af zag komen.” Vechtsport was een manier voor de Tilburger om letterlijk van zich af te leren slaan. “Het is echt mijn way out geweest.”
Bijna-doodervaring
Hij bleek talent te hebben, waarna hij rond de coronaperiode MMA-wedstrijden ging vechten. Tijdens een van die partijen ging het helemaal mis. “Tijdens het worstelen, pakte de tegenstander mij zo hard vast bij m’n middel dat de slagaders van mijn nieren knapten.” Jelle vocht door, maar was tijdens het gevecht dood aan het bloeden. “Langzaam verloor ik de kracht in mijn armen en benen. Toen wist ik wel dat er iets niet goed was.”
Hij maakt de wedstrijd af, om vervolgens van Duitsland naar Nederland te rijden. Onderweg had Jelle door dat het écht niet goed zat. “Ik had het gevoel dat ik aan het sterven was. Daarom wilde ik zo snel mogelijk naar mijn vriendin, om afscheid te nemen.” Nadat de Tilburger thuis aankomt, gaat hij in bad liggen. “Ik gooide koud water over mezelf heen om wakker te blijven.”
Uiteindelijk wordt de pijn zo heftig dat Jelle het niet meer trekt. Hij schreeuwt het uit en zijn vriendin belt de ambulance. “Ik lag een maand in het ziekenhuis, tijdens corona. Ik zag maximaal twee mensen per dag. Dat heeft ervoor gezorgd dat ik heel erg in mezelf keerde.” Jelle begon te mediteren. “Ik deed er alles aan om mezelf te helen. De dokters zeiden tegen me dat ik mijn dromen in de vechtsport nooit meer waar ging maken.”

Vechten als gladiator
De Tilburgse vechter bewees het ongelijk van zijn doktoren. Hij vocht nog één keer een MMA-wedstrijd, om het voor zichzelf af te sluiten. “Ik verloor die wedstrijd, maar toen de naam van mijn tegenstander werd omgeroepen, deed ik ook allebei mijn handen de lucht in. Het was een overwinning voor mezelf.”
Daarna kwam Bare Knuckle Fighting op zijn pad. “Daarbij vecht je alleen met je vuisten. Er wordt niet geworsteld, waardoor het voor mij veiliger is.” Jelle is fan van de historie van de Romeinen én de gladiatoren. “Dit komt het dichtst in de buurt van de gladiatorengevechten van vroeger. Laat mij dan maar zo’n moderne gladiator zijn”, lacht hij.
Jelle hoopt ergens in de komende weken wat te horen over zijn eerstvolgende gevecht. Maar voor het zo ver is, traint en mediteert hij door. “Ik wil laten zien dat het meer is dan alleen wild om je heen slaan. Ik mediteer veel om de rust te bewaren. Ik heb zo’n gevecht in mijn hoofd al honderden keren afgespeeld. Ik voel de touwen, hoor het publiek juichen, maar hoor ook enkele mensen boe roepen. Als het dan zo ver is, hoef ik het alleen nog maar mee te maken.”
Kampioen bij de BKFC
Hij heeft zijn eerste gevecht gewonnen en dat smaakt naar meer. “Ik wil die kampioensbelt”, geeft hij aan, terwijl er een glinstering in zijn ogen verschijnt. “Ik manifesteer dat ook. Dat ik die belt om krijg en dat ik de letters BKFC met mijn vingers kan voelen.” Ook buiten de ring heeft de Tilburger mooie dromen. “Er is laatst een toernooi aangekondigd met een prijzenpot van 25 miljoen. Mocht ik aan zulke toernooien mee mogen doen, ga ik weg uit Nederland en koop ik een groot stuk grond. Daar ga ik dan samen met mijn gezin wonen.”
