‘Hedde gij ons Gust gezien?’, tachtig jaar na dato krijgt oorlogslachtoffer een Struikelsteen

Familie, initiatiefnemers en handjevol andere geïnteresseerden zijn op het Merelhof samengekomen om het Tilburgse oorlogsslachtoffer Gust van Lieshout te herdenken. Op de plaats waar hij is opgepakt door de Duitsers, volgens broer Albert, wordt een struikelsteen, een monumentje van tien bij tien centimeter, geplaatst. Tientallen meters verderop woonde hij. “Geweldig, want ik ben in deze buurt met hem opgegroeid”, zegt zijn jongste broer Albert. “Dit is ons plekje.”

“Herdenken is hard werken”, vertelt Tilburg University professor Arnoud-Jan Bijsterveld, terwijl een stratenmaker zich om de struikelsteen buigt. In fluorescerend oranje werkpak meet hij nauwkeurig de hoeveelheid zand, die onder de struikelsteen moet komen, zodat deze gelijk ligt met de rest van de straatstenen. De omstanders kijken met geconcentreerde blik naar het vakmanschap. De jongeman waarvan Gust de oudoom was, slaat het monumentje met een rubberen hamer vast.

‘Na 80 jaar zou je denken, die is vergeten’

Professor Bijsterveld heeft het onderzoek naar het verhaal van Van Lieshout gedaan, in opdracht van de familie. Vooral de 94-jarige broer van Gust wilde heel graag dat er iets voor hem kwam. “Na 80 jaar zou je denken, die is vergeten”, stelt Bijsterveld. “Maar dan is er een hele familie waar het verhaal nog leeft.”

Gust van Lieshout meldt zich in het voorjaar van 1943 aan voor arbeidsdienst, dat was toen heel gewoon. Van de zomer dat jaar tot februari het volgende jaar moet hij in Duitsland werken. “Dat was gevaarlijk, zeker aan het einde van de oorlog”, vertelt de professor. “Zijn omstandigheden zullen heel zwaar zijn geweest met slecht eten, hard werken, bombardementen en grote onzekerheid.”

Gust duikt onder

Af en toe mocht Gust thuis op bezoek. Uiteindelijk besluit hij thuis te blijven en onder te duiken. Zijn moeder vervalst zijn identiteitsbewijs. Van Lieshout sluit zich ook aan bij een tabaksmokkelgroep uit Broekhoven. In de zomer wordt hij in het bos van Hilvarenbeek geboeid door de marechaussee meegenomen. Hij wordt gearresteerd en afgevoerd naar een werkkamp in Duitsland.

In dat werkkamp maakt hij vrienden met andere Tilburgse jongens. Zij besluiten te vluchten. Gust gaat niet mee. Hij heeft dysenterie, een ernstige vorm van diarree. Uiteindelijk wordt hij ondervoed in een kelder gevonden en naar het ziekenhuis in Gevelsberg gebracht. Daar overlijdt hij op 4 juli 1945 op 21-jarige leeftijd aan een longvliesontsteking.

Hèdde gij ons Gust gezien?

Pas een jaar later, in mei 1946, krijgt zijn moeder te horen dat haar zoon is overleden. De pastoor van de parochie in Broekhoven heeft een brief van het rode kruis gekregen met de mededeling. Die vertelt het aan de familie. De vrouw was elke dag bij het treinstation te vinden. “Hèdde gij ons Gust gezien?” vroeg zij telkens weer aan mensen op het station.

Gust had zes jaar lang geen graf. Zes jaar na zijn overlijden werd hij van Gevelsberg naar de begraafplaats aan het parochiekerkhof in Groenstraat gebracht. Sinds 1983 rust hij als oorlogsslachtoffer op het Ereveld in Loenen. Broer Albert is blij dat hij met de struikelsteen in Broekhoven een gedenkplek voor Gust in de buurt heeft.

LEES OOK:
Dagboek Joodse Helga Deen op Unesco Werelderfgoedlijst

Manoek Lambregts